In een vorig artikel is reeds ingegaan op de vraag of een zorgverlener de geneeskundige behandelingsovereenkomst eenzijdig kan opzeggen. Het antwoord is ja, mits er sprake is van een gewichtige reden en de zorgverlener zich aan een aantal zorgvuldigheidseisen houdt. Maar hoe dan verder?
In dit artikel neemt juridisch consultant Yoran je mee in recente tuchtrechtspraak over dit onderwerp. Daarnaast deelt hij enkele praktische tips voor de hulpverlener bij het eenzijdig beëindigen van de geneeskundige behandelingsovereenkomst.
Tuchtrecht
In recente uitspraken van de tuchtrechter voor de gezondheidszorg, is het onderwerp van de eenzijdige beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst ter sprake gekomen.
Zo oordeelde het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Amsterdam dat er geen sprake was van een eenzijdige beëindiging van de behandelovereenkomst. In deze tuchtklacht ging het om een ingewikkelde behandelrelatie met een patiënt. De patiënt had tijdens de behandeling meerdere klachten ingediend tegen diverse hulpverleners van de organisatie en de patiënt weigerde zich in te zetten voor de behandeling. Na herhaalde pogingen van diverse hulpverleners uit de organisatie om de behandelrelatie te herstellen, waarbij de patiënt geen of een afwijzende reactie gaf, werd de behandelovereenkomst opgezegd. De tuchtrechter was van oordeel dat de uitingen van de patiënt en het afhouden van contact hadden gezorgd dat de psychiater ervan mocht uitgaan dat de patiënt zelf de behandelovereenkomst had opgezegd. De tuchtrechter overwoog nog ten overvloede dat indien de behandelovereenkomst wel eenzijdig was opgezegd door de psychiater, dit in dit geval gerechtvaardigd zou zijn geweest, nu de patiënt zich steeds had onttrokken aan communicatie, niet meer benaderd of behandeld wilde worden en het behandelteam zich voldoende had ingezet om de behandelrelatie te herstellen.[1]
[1] Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam, 25 juni 2024, ECLI:NL:TGZRAMS:2024:142.
In een andere zaak oordeelde het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Zwolle dat een huisarts de behandelovereenkomst eenzijdig had mogen opzeggen. Hier was sprake van een verstoorde behandelrelatie, waarbij getracht is door mediation de behandelrelatie te herstellen. Door toedoen van de patiënt is het mediationtraject gestrand. De huisarts ervoer een vertrouwensbreuk, waardoor de behandelovereenkomst niet langer kon worden voortgezet. De huisarts heeft overleg met de patiënt gehad over de gerezen problemen. Zij heeft door tussenkomst van een mediator getracht de vertrouwensrelatie met de patiënt te herstellen. Ook heeft de huisarts voorstellen gedaan om de behandelrelatie onder voorwaarden voort te zetten en de patiënt meermaals gewaarschuwd dat opzegging dreigde. De huisarts had een redelijke termijn voor opzegging in acht genomen, had een collega huisarts aanbevolen en had zich beschikbaar gehouden voor spoedklachten. Hierdoor was het college dan ook van oordeel dat de huisarts de behandelingsovereenkomst met de patiënt op goede gronden en op zorgvuldige wijze heeft beëindigd.[1]
[1] Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle, 18 juni 2024, ECLI:NL:TGZRZWO:2024:69.
Een ander oordeel over dit onderwerp, betreft een gz-psycholoog. Er was sprake van een moeizame behandelrelatie, waarbij de patiënt regelmatig niet op afspraken verscheen, hij de voorgeschreven medicatie niet in wilde nemen en het moeilijk was in contact te treden met de patiënt. Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Bosch overwoog allereerst dat de gz-psycholoog niet direct gebonden was aan de KNMG-richtlijn “Niet-aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst”, omdat dit alleen van toepassing was op artsen.[1] Het Regionaal Tuchtcollege overwoog echter dat de richtlijn van de KNMG een uitwerking vormt van artikel 7:460 BW (over de beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst) en de richtlijn mede een richtsnoer kan vormen voor de invulling van zorgvuldig handelen door gz-psychologen bij het beëindigen van de behandelingsovereenkomst met een patiënt. Hoewel er sprake was van een gewichtige reden: de patiënt wilde immers niet meewerken aan zijn behandeling, had de gz-psycholoog niet aan de zorgvuldigheidseisen voldaan. Zij had de behandelingsovereenkomst per direct beëindigd, zonder enige waarschuwing of gesprek vooraf en zonder aan te dringen op verandering. De beëindiging van de behandelingsovereenkomst kwam voor de patiënt dan ook uit het niets. Beëindiging van de behandelingsovereenkomst met onmiddellijke ingang mag alleen als er sprake is van een zeer dringende reden. Hiervan was geen sprake. Daar komt bij dat de behandelingsovereenkomst werd beëindigd terwijl er nog een onderzoek liep. Het Regionaal Tuchtcollege achtte dit klachtonderdeel dan ook gegrond en legde de maatregel van waarschuwing op. Aangezien er geen beroep was ingediend tegen dit klachtonderdeel, bleef de gegrondverklaring in stand. Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg kon zich vervolgens in dit oordeel vinden.[2]
[1] Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Bosch, 21 augustus 2023, ECLI:NL:TGZREIN:2023:46.
[2] Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag, 15 mei 2024, ECLI:NL:TGZCTG:2024:96.
Enkele praktische tips
- Neem de KNMG-richtlijn ‘Niet-aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst’ uit 2021 door (ook als je geen arts bent) en kijk of er sprake is van een gewichtige reden om de behandelingsovereenkomst eenzijdig op te zeggen. Zorg eveneens dat aan de zorgvuldigheidseisen in deze richtlijn is voldaan. De tuchtrechter zal zich dan niet snel oordelen dat de behandelingsovereenkomst niet had mogen worden opgezegd. Een overzicht van de gewichtige redenen en de zorgvuldigheideisen, tref je hier[1].
- De zorgverlener kan bij collega’s in de buurt informeren of zij nog patiënten aannemen. Vervolgens kan de zorgverlener de patiënt informeren bij welke andere zorgverlener hij terecht kan. Daarbij geeft de zorgverlener de patiënt een redelijke termijn om over te stappen.
- Als de patiënt aangeeft dat hij geen andere zorgverlener kan vinden of dat hij niet door andere zorgverleners wordt geaccepteerd, kun je hem vragen om contact op te nemen met zijn zorgverzekeraar. Deze kan dan voor de patiënt bemiddelen bij het vinden van een andere zorgverlener. Hierbij moet tevens een redelijke termijn in acht worden genomen om de bemiddeling een kans te geven. Zo nodig kan de zorgverlener helpen om de patiënt in contact te laten treden met de zorgverzekeraar.
- Wordt de patiënt toch geweigerd en kan de zorgverzekeraar niets doen, dan zal de zorgverlener de continuïteit van de spoedzorg moeten blijven waarborgen. Het is daarom van groot belang dat de zorgverlener weet of er alternatieven zijn en dat de zorgverlener deze ook goed documenteert in het dossier van de patiënt. Het valt aan te bevelen dat er afspraken worden gemaakt over wat onder spoedzorg valt. Eveneens dient er te worden gekeken naar het soort patiënt en de (langdurige) zorg die hij nodig heeft. De patiënt mag hier namelijk niet in belemmerd worden. Een voorbeeld hiervan is een hartpatiënt die afhankelijk is van medicatie. Deze medicatie dient nog door de huisarts verstrekt te worden.
- Treedt er een uitzonderlijke situatie op, waarin de zorgverlener zelf geen (spoed)zorg meer kan leveren? Dan kan de zorgverlener bijvoorbeeld met de huisartsenpost en spoedeisende hulp afspreken dat de patiënt daar terecht kan voor de noodzakelijke zorg. Informeer de patiënt daarover en documenteer dit goed in zijn dossier.
- Zoek contact met de beroepsvereniging. Zo heeft de Landelijke Huisartsen Vereniging een stappenplan voor huisartsen om de geneeskundige behandelingsovereenkomst eenzijdig op te zeggen en denkt de juridische afdeling van de beroepsvereniging graag met de zorgverlener mee.
- Komt je er zelf niet uit? Raadpleeg dan jouw rechtsbijstandsverzekering of zoek zelf contact met een jurist die jou verder kan adviseren. De gezondheidsrechtjuristen met specialistische kennis van Legalbylegal helpen je graag met praktische adviezen verder.
De Wet DBA en flexibele arbeid: wat betekent dit voor zzp’ers?
In de afgelopen jaren is er een stijgende trend zichtbaar in het aantal zzp’ers dat wordt ingehuurd door organisaties voor tijdelijke opdrachten, bijvoorbeeld voor zwangerschapsvervanging
3 vragen aan midoffice medewerker Astrid
Een nieuw, vast teamlid binnen team kantoor: Astrid Everts. Legalbylegal groeit en dat betekent dat er nieuwe functies ontstaan, zo ook die van back-office medewerker.
Blog: Het Paard
Tijdens de terugreis van vakantie krijgt consultant Hermen te maken met een bijzonder stukje crisismanagement. En Hermen zou Hermen niet zijn als hij daar niet